Test Octrooirecht 1/10
IE-rechten zijn in beginsel nationale rechten. Ze zijn uiteindelijk in een nationale wet geregeld. Toch hebben alle IE-rechten ook een supranationale of internationale dimensie. Waaruit kun je afleiden dat de werking van het octrooirecht niet alleen nationaal bepaald wordt?
- A Het octrooirecht valt onder het Unieverdrag van Parijs.
- B In de EU geldt er een octrooirecht richtlijn
- C Voor het octrooirecht bestaat een Europees Verdrag
- D Er bestaan voor het gebied van de EU octrooirecht Verordeningen.
- E De Nederlandse rechter is niet de hoogste rechter in octrooirechtgeschillen.
Inderdaad. Het octrooirecht valt onder het Unieverdrag van Parijs. Het octrooirecht is vanouds een verregaand geharmoniseerd rechtsgebied. Het Unieverdrag van Parijs uit 1883 formuleert een minimumniveau aan bescherming en verbied discriminatie.
Nee, en bestaan geen octrooirecht richtlijnen in de EU.
Dat is juist. Er is een Europees Octrooiverdrag, op basis waarvan in de aangesloten Europese landen een octrooi kan worden aangevraagd en verleend. De landen zijn niet helemaal precies de EU landen. En .. na verlening valt zo’n verleend bundeloctrooi uiteen in Nationale octrooien.
Het Europees Octrooiverdrag zegt ook iets over de beschermingsomvang van octrooien, en over andere stukken octrooirecht. Daar moeten nationale rechters zich aan houden.
Heel goed! Maar die Verordeningen zijn betrekkelijk recente regelingen. Het zijn er twee die allebei gaan over Europees octrooi met unitaire werking:
- Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming (2011/0093, 13 april 2011)
- Verordening van de Raad tot het aangaan van nauwere samenwerking op het gebied van de instelling van eenheidsoctrooibescherming met betrekking tot de toepasselijke vertaalregelingen (2011/0094, 13 april 2011).
Dat is een lastige! Totdat het zgn. Eengemaakt Octrooigerecht operationeel is (ergens in 2016) is de nationale rechter gewoon de hoogste rechter, De Overeenkomst betreffende een Eengemaakt Octrooigerecht (13751/11, 23 september 2011 is een overeenkomst tussen de betrokken lidstaten ter oprichting van een nieuwe gerechtelijke instelling van de landen gezamenlijk, en is als dusdanig géén afgeleid EU-recht. Het op te richten gerecht is (net als alle nationale rechtbanken in de EU) wel een gerecht in de Europese Unie en zal onderworpen zijn aan het EU-recht en indien nodig prejudiciële vragen kunnen en moeten stellen aan het Hof van Justitie.