Waar is IE geregeld?

Het intellectuele eigendomsrecht (IE) gaat in de vorm van regelgeving vrijwel geheel terug op internationale verdragen. Het Nederlandse IE-recht is naast verdragen ook gevormd door Europese regelgeving in de vorm van verordeningen en richtlijnen.

Het gebied van de intellectuele eigendom wordt ook wel opgedeeld in twee delen: auteursrecht en aanverwante rechten (ook wel: intellectuele eigendom) voor de meer persoonsgebonden creatieve prestaties, en de industriële eigendom voor de meer commerciële producten en diensten.

Verdragen

De belangrijkste overkoepelende IE-Verdragen zijn:

  • Unieverdrag van Parijs 1883 (industriële eigendom)
  • Berner Conventie 1886 (auteursrecht)
  • UPOV-verdrag 1961/1991 (industriële eigendom)
  • TRIPS-verdrag 1995

Daarnaast zijn er ook allerlei verdragen voor één specifiek IE-recht. Die gaan vaak over classificatie of registratie.

Beknopte wetgevingsgeschiedenis

De oudste IE wetten in Nederland zijn:

  • de Merkenwet 1893 (Mw)
  • de Rijksoctrooiwet 1910 (ROW)
  • de Auteurswet 1912 (Aw)
  • Handelsnaamwet 1921 (Hnw)

Daarna kwamen:

  • Benelux merkenwet 1971 (BMW)
  • Europees Octrooiverdrag 1975 (EOV)
  • Benelux Tekeningen- en modellenwet 1975 (BTMW)
  • Wet bescherming oorspronkelijke topografieën van halfgeleiderproducten 1987 (TVHW)
  • Wet op de naburige rechten 1993 (WNR)
  • Rijksoctrooiwet 1995 (ROW 1995);
  • een herziening van de ROW 1910
  • EU-Kwekersrechtverordening 1995
  • EU-Merkenverordening 1996
  • Databankenwet 1999 (DW)
  • EU-Modellenverordening 2002
  • Zaaizaad- en Plantgoedwet 2005 (ZPW); een herziening van de ZPW 1995
  • Benelux Verdrag voor de Intellectuele Eigendom (BVIE) 2006; herziening van de BMW en BTMW

Het Nederlandse IE-recht

Het intellectuele eigendomsrecht bestaat in Nederland uit 9 bijzondere wetten: Auteurswet, Wet voor de bescherming van oorspronkelijke topografieën van halfgeleiderproducten (chipswet), Databankwet, Wet op de naburige rechten, Rijksoctrooiwet, Zaaizaad- en Plantgoedwet, Handelsnaamwet, Benelux verdrag inzake de intellectuele eigendom (het merkenrecht en het tekeningen- en modellenrecht

Verder bestaan er in het octrooirecht zgn. Aanvullende beschermingscertificaten voor bepaalde uitvindingen, en er zijn drie EU-beschermingsregimes voor georgafische aanduidingen (BOB, BGA en GTS). Naast het wettelijk IE-recht staat het onrechtmatige daadsrecht ex artikel 6:162 BW, dat ook geldt in mededingingsverhoudingen. Hieronder vallen bijvoorbeeld bedrijfsgeheimen, oneerlijke handelspraktijken, regels voor misleidende en vergelijkende reclame en de leerstukken van zgn. slaafse nabootsing en zgn. prestatiebescherming.