Openbaar maken
Alleen de auteursrechthebbende mag ‘openbaarmaken’. Hij kan anderen natuurlijk toestemming daarvoor geven.. ‘Openbaarmaken’ veronderstelt dat het werk op één of andere manier ter beschikking van het publiek komt, of van een nieuw publiek. Artikel 12 AW geeft in het eerste lid een niet limitatieve opsomming van wat zoal onder ‘openbaarmaken’ valt..
Wat is zoal ‘openbaar maken’?
- Openbaarmaking van een verveelvoudiging, ook in gewijzigde vorm. Denk aan een vertaling of een bewerking, maar ook aan een foto van een gebouw of kunstwerk op een ansichtkaart of in het briefhoofd, en aan het vervaardigen van een miniatuurmodel (een bouwwerk op een lepeltje of als huisje langs een modelspoorbaan). ‘Verbreiding’ betekent: verspreiding op beperkte schaal. Als een werk wél in druk is verschenen dan is het auteursrecht ‘uitgeput’ (art. 12b AW). verhuurrecht van fonogrammen) art. 12 lid 6 geeft een uitwerking voor een gelijktijdige uitzending) uitwerking met definities en criteria)
- Verbreiding, zolang het niet in druk is verschenen. Zolang een werk (nog) niet is gepubliceerd wordt de auteur extra beschermd.
- Verhuren of uitlenen (art. 12 leden 2 en 3 geven hierover nadere regels voor alle werken; art. 12a AW bevat een bepaling voor het
- Voordracht, op- of uitvoering of voorstelling in het openbaar (art 12 leden 4 en 5 geven hieraan een uitbreiding en een beperking;
- Uitzenden van een in een radio- of televisieprogramma opgenomen werk door middel van een satelliet (art. 12 lid 7 geeft een uitwerking met definities en criteria)
Voorbeeld: verbreiding of uitputting
Poortvliet geeft zijn uitgever toestemming zijn werk (dertien door hem vervaardigde schilderijen) in kalendervorm uit te geven. Een derde, ene Hovener, koopt een aantal van deze aldus uitgegeven kalenders, knipt de reproducties van Poortvliet’s schilderijen uit, plakt ze op spaanplaat en brengt ze in de handel. Hovener stelt dat het auteursrecht van Poortvliet met de openbaarmaking is uitgeput.
De Hoge Raad ziet in het handelen van de koper een afzonderlijke verspreiding in een gewijzigde vorm. Poortvliet heeft het recht tot kalenderexploitatie van zijn schilderijen, tot het verveelvoudigen en openbaarmaken van die schilderijen tot dat doel en in die vorm overgedragen. Daarvan moeten andere vormen van exploitatie (waarvoor een andere markt bestaat) worden onderscheiden. Met andere woorden, ten aanzien van de verhadeling van reproducties van schilderijen is het auteursrecht niet uitgeput (Poortvliet-arrest). Indien Hovener de kalenders zelf zou hebben verhandeld zou Poortvliet daar niet met een beroep op zijn auteursrecht hebben kunnen optreden. Dat bepaalt artikel 12b Aw.