Inbreuk op Naburige rechten
Anders dan de Auteurswet kent de WNR geen uniforme exploitatiebevoegdheden voor alle vier categorieën naburig rechthebbende. Hun bevoegdheden verschillen, en daarmee natuurlijk ook wat derden met de verschilende prestaties wel en niet mogen doen. En wanneer er dus inbreuk is. De beschermingsomvang van de naburige rechten wordt evenals in het auteursrecht verder bepaald door de wettelijke beperkingen in de WNR.
Wettelijke beperkingen
De meer algemene beperkingen op de rechten van uitvoerend kunstenaars, producenten van fonogrammen en omroeporganisaties zijn neergelegd in art. 10 en 11 WNR.
Deze bepalingen komen grotendeels overeen met de beperkingen in de Auteurswet. Zo bijv. met art. 15a, 16a-g en 16 o-q Aw. Het citeren, het gebruiken van korte fragmenten in actuele reportages, het overnemen voor onderwijsdoeleinden, het kopiëren voor eigen oefening, studie of gebruik van de door de naburige rechten beschermde rechtsobjecten is toegestaan binnen bepaalde grenzen. Er is een vergelijkbare regeling voor het leenrecht, en er geldt een EU-uitputting.
Het zwakste recht
Het zwakste naburig recht is dat van de filmproducent. De inhoud van zijn recht is beperkter dan van de andere drie categorieën naburig rechthebbenden.
Zijn recht is namelijk beperkt tot het reproduceren, verspreiden en ter beschikking stellen van het publiek van de door hem vervaardigde eerste vastlegging van de film of een reproductie daarvan.